Deel 1: Ontstaan van de LF-routes

Achtergrond
19 februari 2020
Van genummerde LF-routes naar LF-icoonroutes

Als het om een fietsvakantie gaat, dan kiezen jullie massaal voor een LF-route. Al meer dan 30 jaar zijn de Langeafstand Fietsroutes een begrip in Nederland. Zo’n 750.000 fietsvakanties per jaar worden afgelegd over een LF-route. Dat zijn er een heleboel en de verwachting is dat dit er alleen maar meer worden. Toch verdwijnen er de komende tijd enkele routes. Deze routes maken plaats voor een serie LF-icoonroutes. We nemen afscheid van de zogenaamde verbindingsroutes en minder gefietste routes. In aantallen worden het er misschien minder, maar we krijgen er prachtige (nieuwe) routes voor terug. Sommige gebaseerd op sterke bestaande routes zoals de LF Zuiderzeeroute, nu nog gevormd door de LF21LF22 en LF23. Andere compleet nieuw.

Hoe het begon

Voor het ontstaan van de LF-routes gaan we terug naar het jaar 1987. Op 5 februari werd het Landelijk Fietsplatform een feit, de stichting achter ons latere label Nederland Fietsland. In de statuten stond een helder doel beschreven: ‘… bijdragen aan de verbetering van de mogelijkheden voor het recreatief-toeristisch fietsen in Nederland en het stimuleren van deze activiteit, zulks in de ruimste betekenis.’ Een belangrijk middel was het ontwikkelen van een serie langeafstandsfietsroutes die de fietser naar eigen behoefte aan elkaar kon lussen. Er leefden al tal van ideeën; er waren zelfs al bewegwijzerde rondjes van a naar a. Maar wie van a naar b wilde fietsen, was in onbekend gebied aangewezen op utilitaire fietsbewegwijzering. Heel handig als je via de kortste route naar je werk wilt fietsten, maar heel aantrekkelijk zijn deze routes meestal niet. De ANWB, het Nivon, het Groene Fietsje en de ENFB (nu Fietsersbond) sloten zich aan en deelden hun expertise en ideeën met ons.

In deze serie nemen we jullie mee in het ontstaan en de veranderingen van de LF-routes. Van sommige routes nemen we met pijn in ons hart afscheid, maar we kijken vooral uit naar alle kilometers fietsplezier die de nieuwe routes ons gaan geven.

Omfietsen is niet erg

Voordat de kaart op tafel kwam, werd bepaald waar de routes aan moesten voldoen. Naast een aantrekkelijke, afwisselende en rustige route moest het ook veilig en comfortabel fietsen zijn. Dit alles met beperkt omrijden: niet meer dan 25% langer dan de kortste fietsafstand tussen twee plaatsen. De routes moesten op elkaar aansluiten, zodat je door routes te combineren elke binnenlandse bestemming kon bereiken. En niet geheel onbelangrijk: door ze langs belangrijke NS-stations te laten lopen, werd goed voor- en natransport met de trein mogelijk.

Buigen boven de kaart

Toen kwam het echt leuke werk: op een A4’tje van Nederland werden langs de liniaal lijnen getrokken tussen belangrijke steden, recreatiegebieden, veren naar Waddeneilanden en grensovergangen. Op basis van deze kaarsrechte lijnen werden de routes inclusief beschrijvingen in twee richtingen met hulp van vrijwilligers uit het specifieke gebied gevormd. Tijdens de diverse bijeenkomsten lagen de tafels vol met kaarten. Het echte intekenen kon beginnen en de mooiste routes van a naar b kregen een plek op de fietskaart. Begonnen werd met het noordelijke deel van Nederland, het gebied boven de Moerdijk. Soms was er twijfel. Op de fiets werd dan uitgezocht wat de mooiste route was. We verdenken onze vrijwilligers ervan dat ze soms expres even twijfelde, geef ze eens ongelijk ;).

De volgende stap was het in kortere stukken opdelen van de route en onderling verdelen om te gaan verkennen en beschrijven. De routebeschrijvingen van de vrijwilligers druppelden binnen en kregen een vertaalslag naar kaarten met definitieve routetracés. Op het kantoortje in Nieuwegein werd alles gedaan om met dit materiaal een gids te maken. Van teksten bewerken tot een kaartondergrond, cartograaf, drukker en uitgever zoeken.

De eerste routegids

In april van 1988 rolde het eerste exemplaar van de gids ‘Lange-afstandfietsroutes deel 1: Fietsvakantieroutes boven de Moerdijk’ van de pers: een langwerpige plastic map met een boek en 23 losse kaarten. Niet veel later verscheen ook ‘Lange-afstandfietsroutes deel 2: fietsvakantieroutes door Midden- en Zuid-Nederland en aangrenzend Vlaanderen.’ Al tijdens de ontwikkeling van de eerste gids werd er gesproken over het bewegwijzeren van een LF-route; kijken hoe het publiek daarop reageert. Welke als eerste? De keuze leek logisch, toch dacht men er in één provincie anders over. Welke provincie dat was? Dat lees je in het tweede deel van deze serie.

  • Geschiedenis
  • LF-routes

Geschreven door

Marina

Informatie

Gerelateerde artikelen